Nieuwe EU-Verordening Productveiligheid 2023/988
Blog
De Europese Richtlijn Algemene Productveiligheid wordt vervangen door de Europese Verordening Algemene Productveiligheid 2023/988. In dit blog worden de belangrijkste veranderingen opgesomd ten opzichte van de Richtlijn, met een toelichting daarop. Het betekent werk aan de winkel voor alle marktdeelnemers in de supply chain, inclusief aanbieders van onlinemarktplaatsen, en daarmee ook voor de verzekeringsbranche.
Inleiding
De Europese Richtlijn Algemene Productveiligheid 2001/95/EG (‘de Richtlijn’) is in Nederland uitgewerkt in de Warenwet en het Warenwetbesluit algemene productveiligheid. Voor specifieke producten, zoals speelgoed, gelden er specifieke warenwetbesluiten. Het doel van de Richtlijn is ervoor te zorgen dat de op de markt gebrachte non-food producten in de EU veilig zijn en blijven, waarbij een hoog niveau van bescherming van gezondheid en veiligheid van consumenten (tegen letselschade) wordt gewaarborgd, gecombineerd met een gelijk speelveld voor bedrijven.
De Europese Commissie heeft op basis van een impact assessment besloten tot een volledige herziening van de Richtlijn in de vorm van de nieuwe Europese Verordening Algemene Productveiligheid 2023/988 (‘de Verordening’). De Europese Commissie beoogt daarmee de volgende problemen op te lossen: (i) het is niet altijd duidelijk in hoeverre de Richtlijn van toepassing is op nieuwe technologische producten, zoals AI-aangedreven producten en met internet verbonden apparaten; (ii) de Richtlijn is niet geënt om de uitdagingen op het gebied van productveiligheid in onlineverkoopkanalen aan te pakken, zoals bij direct import, en (iii) hoewel de Richtlijn verplicht onveilige producten terug te roepen, zijn er geen specifieke regels met betrekking tot de manier waarop dat dient te gebeuren.
In deze blog worden de belangrijkste veranderingen uiteen gezet, gevolgd door een korte toelichting daarop.
De belangrijkste veranderingen
Ten opzichte van de huidige Richtlijn, zijn de belangrijkste veranderingen onder de Verordening – verkort weergegeven – de volgende:
- Onder de definitie van product valt ook een item dat verbonden is met andere artikelen. Zodoende biedt de Verordening ook een vangnet voor AI-producten met cybergerelateerde risico’s voor de gezondheid en veiligheid van consumenten die niet binnen het toepassingsbereik van de voorgestelde Verordening Kunstmatige Intelligentie
- De Verordening vereist een in de EU gevestigde marktdeelnemer die verantwoordelijk is voor online en offline verkochte producten (ongeacht de oorsprong van het product), die er onder andere voor zorgt dat technische documentatie, instructies en veiligheidsinformatie beschikbaar zijn.
- Fabrikanten moeten een ongeval dat is veroorzaakt door een product met dood of ernstige letselschade tot gevolg onverwijld melden aan de autoriteiten van de lidstaat waar het ongeval heeft plaatsgevonden via de Safety Business Gateway. Importeurs en distributeurs moeten de fabrikant onverwijld in kennis stellen.
- Voor bepaalde producten die een ernstig risico kunnen vormen, kan vereist zijn dat een traceerbaarheidssysteem is ingesteld.
- Een terugroepbericht, met als verplichte titel ‘Terugroeping in verband met de productveiligheid’, moet aan de specifieke vereisten van de Verordening voldoen.
- Indien een product moet worden teruggeroepen, heeft de consument recht op reparatie, vervanging of op terugbetaling (en kan hij kiezen tussen ten minste twee van deze opties).
- Aanbieders van onlinemarktplaatsen moeten een contactpunt instellen voor de directe communicatie met autoriteiten en consumenten en moeten zich op de Safety Gate Portal registreren.
- Aanbieders van onlinemarktplaatsen moeten samenwerken met de autoriteiten als zij een gevaarlijk product op hun platform ontdekken. De autoriteiten kunnen de onlinemarktplaatsen gelasten gevaarlijke producten van hun platform te verwijderen of de toegang daartoe onmogelijk te maken. Ze hebben ook een meldingsplicht in geval van ongevallen.
- Als de fabrikant van een product niet in de EU gevestigd is, moeten aanbieders van onlinemarktplaatsen de naam en het post- en elektronische adres van de aangewezen verantwoordelijke in de EU op hun website vermelden.
- Via de Safety Gate Portal is informatie beschikbaar over gevaarlijke producten. Via dit Portal kunnen consumenten ook melding maken van risicovolle producten.
- Er wordt een Consumer Safety Network opgericht, een Europees netwerk van de voor productveiligheid bevoegde autoriteiten in de lidstaten. Hierdoor kunnen zij snel kennis en informatie uitwisselen en gezamenlijk optreden. Zo kunnen zij gelijktijdige gecoördineerde acties (‘sweeps’) van bepaalde producten(categorieën) uitvoeren.
- Er zal één enkele regeling voor markttoezicht van toepassing zijn op alle producten.
Toelichting
De kern van de Richtlijn is dat de producent gehouden is uitsluitend veilige producten op de markt te brengen en te houden. Het doel van de nieuwe Verordening is om de veiligheid van consumentenproducten naar een nóg hoger en uniformer niveau te tillen en tegelijkertijd de werking van de interne markt te verbeteren.
Alle marktdeelnemers die een rol vervullen in de toeleverings- en distributieketen, moeten passende maatregelen nemen om te waarborgen dat zij uitsluitend producten op de markt aanbieden die veilig zijn. Die veiligheid strekt zich met deze Verordening ook uit tot producten die door consumenten bijvoorbeeld via onlinemarktplaatsen rechtstreeks bij een non-EU-fabrikant zijn gekocht. Uit de Thuiswinkel Markt Monitor 2021 blijkt dat in 2021 voor € 30,6 miljard online is besteed door Nederlandse consumenten. Dat is een stijging van 16 procent ten opzichte van 2020. € 2,9 miljard daarvan betrof buitenlandse bestedingen, bijvoorbeeld via Chinese websites zoals AliExpress. Bij dergelijke aankopen van non-EU-fabrikanten via een onlinemarktplaats is meestal geen importeur of distributeur betrokken. Er is dan sprake van direct import.
Onder de Richtlijn is het lastig om te controleren of zo’n product veilig is, voordat het de EU-markt op komt. De Verordening brengt daar verandering in. Een product mag ingevolge de Verordening alleen worden verkocht als er een in de EU gevestigde marktdeelnemer is die verantwoordelijk is voor de veiligheid ervan. Die verplichting bestond op grond van de Verordening Markttoezicht 2019/1020 met ingang van 16 juli 2021 al voor specifieke productgroepen (zoals machines, speelgoed en persoonlijke beschermingsmiddelen), maar is nu dus uitgebreid naar alle producten die onder de nieuwe Verordening vallen.
De betreffende marktdeelnemer is verantwoordelijk voor:
- het verifiëren, bewaren en ter beschikking stellen van de EU-conformiteits- of prestatieverklaring en de technische documentatie;
- het desgevraagd aan de autoriteiten verstrekken van alle benodigde informatie en documentatie om de conformiteit van een product aan te tonen;
- het informeren van de autoriteiten wanneer het product in kwestie een veiligheidsrisico vormt;
- het meewerken aan of op eigen initiatief nemen van de nodige corrigerende maatregelen;
- de uitvoering van een regelmatige controle of het product overeenstemt met de technische documentatie en de vastgestelde eisen.
Los van deze taken, moet de naam, de geregistreerde handelsnaam of het geregistreerde handelsmerk en de contactgegevens, met inbegrip van het post- en elektronische adres van de verantwoordelijke marktdeelnemer worden vermeld op het product of op de verpakking, op het pakket of in een begeleidend document.
Als er in geval van direct import door de non-EU-fabrikant geen gemachtigde in de EU is aangewezen als verantwoordelijk marktdeelnemer, wordt de betreffende in de EU gevestigde fulfilmentdienstverlener aangemerkt als de verantwoordelijke. Een fulfilmentdienstverlener is een partij die tenminste twee van de volgende diensten aanbiedt zonder eigenaar te zijn van het betrokken product: opslag, verpakking, adressering en verzending (zoals Bol.com). Zodoende heeft de consument altijd een aanspreekpunt, ook al is de fabrikant gevestigd buiten de EU.
Daarnaast spelen aanbieders van onlinemarktplaatsen een belangrijke rol in de informatievoorziening over (de veiligheid van) een product. De Verordening introduceert namelijk specifieke productveiligheidsverplichtingen op aanbieders van onlinemarktplaatsen (zoals Bol.com, AliExpres en Ebay). Zij moeten op hun website informatie over de fabrikant of de verantwoordelijke persoon opnemen evenals informatie die de identificatie van het product mogelijk maakt, alsmede veiligheidsinformatie. Daarnaast moeten zij met de autoriteiten samenwerken om productveiligheid te bevorderen.
De Verordening is dus helemaal aangepast aan het digitale tijdperk van online consumentenaankopen. Dat zie je ook terug met de Safety Business Gateway, de Safety Gate Portal en het Consumer Safety Network. Waar momenteel nog wel verschillen te zien zijn in informatie over en melding van onveilige producten in de verschillende EU-jurisdicties, en de aanpak daarvan door autoriteiten, beoogt de Verordening die processen te uniformeren. Informatie is hierdoor sneller beschikbaar en wordt binnen de EU vollediger, toegankelijker en transparanter, van consument tot autoriteit. Dat komt de veiligheid ten goede.
Daarnaast wordt de procedure voor het terugroepen van producten verbeterd. Fabrikanten moeten daarbij een duidelijke omschrijving geven van het gevaar en in de tekst van de waarschuwing elementen vermijden die de risicoperceptie van de consument kunnen doen afnemen, zoals termen en uitdrukkingen als ‘vrijwillig’ of ‘uit voorzorg’. Ook dat komt de veiligheid ten goede.
Om de bestaande wetgeving te vereenvoudigen zal de Verordening ook van toepassing zijn op gevaarlijke producten die op levensmiddelen lijken. Nu is daar nog een aparte richtlijn voor (87/357/EEG). Dit komt vooral ten goede aan kinderen. Verder zal de nieuwe Verordening een aanvullende functie hebben ten aanzien van producten waarvoor krachtens het Unierecht specifieke veiligheidsvoorschriften gelden, voor zover het aspecten en risico’s betreft die niet onder die specifieke voorschriften vallen. Hierdoor is er altijd een wettelijk uniform kader beschikbaar.
Met een verordening (in plaats van een richtlijn) wordt gekozen voor het waarborgen van een coherente en uniforme uitvoering van het juridische kader. Simpel gezegd, er is geen mogelijkheid om af te wijken per jurisdictie. De Verordening is verbindend in al haar onderdelen en rechtstreeks toepasselijk in elke EU-lidstaat. Daarmee is toezicht en handhaving ook gemakkelijker. Zo wordt een hoog beschermingsniveau voor consumenten gegarandeerd. Sanctionering wordt weliswaar overgelaten aan de lidstaten, maar deze moeten volgens de Verordening wel doeltreffend, evenredig en afschrikkend zijn.
Ten aanzien van producten die vanaf 13 december 2024 in de handel worden gebracht, moet aan de Verordening zijn voldaan. Marktdeelnemers doen er daarom verstandig aan zich nu voor te gaan bereiden op de aankomende Verordening en in dat kader ook contractueel nieuwe afspraken te maken. Dat geldt derhalve ook voor aanbieders van onlinemarktplaatsen, gelet op de rol die zij toebedeeld krijgen in het waarborgen van productveiligheid. De gevolgen van non-compliance kunnen verstrekkend zijn. Naast sanctionering, kan een marktdeelnemer of aanbieder van een onlinemarktplaats in een collectieve actie verzeild raken op grond van de Europese Richtlijn 2020/1828 (waarop vanaf 25 juni 2023 een beroep kan worden gedaan). Voor de verzekeringsbranche biedt de nieuwe Verordening volop nieuwe kansen vanwege de nieuwe doelgroepen en toegenomen behoefte bij bestaande klanten. Risico’s zijn er uiteraard ook als men niet goed oplet bij sluiting of de renewal.
Keywords
Auteur(s)
Advocaat/Partner bij JPR Advocaten