12 Jan 2023
blog

Enkele kanttekeningen bij Kamervragen over hogeropgeleiden als doelmarkt voor verzekeringen

Blog

Het feit dat er verzekeringsproducten in de markt zijn, die enkel – tegen een aantrekkelijker premie – door hogeropgeleiden kunnen worden gesloten, was voor Tweede Kamerlid Nijboer (PvdA) aanleiding tot het stellen van vragen. Hij had daarbij Promovendum voor ogen. Zijn vragen hadden echter betrekking op verzekeraars. Ook Sigrid Kaag, minister van Financiën, ging er in haar antwoorden aan voorbij dat Promovendum geen verzekeraar is. Dat neemt niet weg, dat zij voor verzekeraars een handig overzicht geeft van wat op grond van de toepasselijke regelgeving (on)mogelijk is. 

In deze blog ga ik in op de vergissing van Nijboer en Kaag en op twee andere relevante onderwerpen. 

 

Promovendum is geen verzekeraar

De eerste vraag van Nijboer ‘Bent u bekend met verzekeraars (zoals Promovendum) die naar eigen zeggen alleen verzekeringen met een bepaalde lage premie aanbieden aan hogeropgeleiden?’ wordt door Kaag bevestigend beantwoord. Beiden beschouwen Promovendum dus als een verzekeraar. Overigens zijn zij niet de enigen. De beginzin van een op 23 december 2022 op amweb.nl geplaatste publicatie luidt: ‘Promovendum staat bekend als de verzekeraar voor hogeropgeleiden.’

Een blik op het door de AFM gehouden register had hen voor deze fout kunnen behoeden, want daaruit blijkt dat Promovendum, een handelsnaam van Centraal Administratiekantoor Dordrecht B.V., een vergunning heeft om te adviseren, te bemiddelen en op te treden als gevolmachtigd agent – kortom, voor alle activiteiten die (kunnen) worden verricht door een verzekeringstussenpersoon in de zin van Richtlijn Verzekeringsdistributie.

Voor zover Nijboer en Kaag de basiszorgverzekering voor ogen hadden, en daar lijkt het op, hebben zij kennelijk evenmin de Promovendum-site bekeken. Daar hadden zij kunnen lezen dat zorgnota’s van 2021 nog bij Promovendum kunnen worden ingediend en dat vanaf 2022 alles met betrekking tot de basisverzekering direct op de website van VGZ moest worden geregeld. Met andere woorden: Promovendum verzorgde als gevolmachtigd agent van VGZ nog de run-off van het jaar 2021 en vanaf 1 januari 2022 konden Promovendum-klanten voor een zorgverzekering enkel nog rechtsreeks bij VGZ terecht.

Normaal gesproken zal de VGZ-volmacht komen te vervallen als de run-off is afgewikkeld. Voor het overige beschikt Promovendum blijkens het AFM-register niet over volmachten en treedt zij dus voor de door haar gevoerde schadeverzekeringen voor hogeropgeleiden niet op als gevolmachtigd agent maar als bemiddelaar.

 

Verzekering voor hogeropgeleiden: discriminatie?

De verzekeraar die uitsluitend verzekeringen voor hogeropgeleiden aanbiedt, sluit lager opgeleiden uit. De vraag is of hij daardoor lager opgeleiden discrimineert. Dat is niet het geval. Wettelijk gezien is er namelijk alleen sprake van discriminatie als het gaat om ongelijke behandeling op een van de in de Algemene wet gelijke behandeling (‘Awbg’) genoemde gronden.

In haar antwoord gaat minister Kaag in op het discriminatieverbod dat onder meer is vastgelegd in artikel 1 van de Grondwet en artikel 14 van het Europees Verdrag van de Rechten van de Mens en de nadere uitwerking daarvan in de Awbg. Het verbod om onderscheid te maken geldt voor godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht, nationaliteit, hetero- of homoseksuele gerichtheid of burgerlijke staat. Bovendien is er de Wet gelijke behandeling op grond van handicap of chronisch ziekte. Deze verbiedt verzekeraars om bij het aanbieden van verzekeringen onderscheid te maken wegens een handicap of chronische ziekte.

Een en ander neemt niet weg, dat er in meerdere opzichten een verschil in behandeling is van hogeropgeleiden en lageropgeleiden. Of, zoals de Tweede Kamerleden De Hoop (PvdA) en Bouchallikh (GroenLinks) in hun op 24 november 2022 ingediende motie stellen, van mbo-studenten in vergelijking met hbo-studenten en studerenden aan een universiteit. In hun motie vragen zij de regering om met een voorstel te komen hoe opleidingsniveau als discriminatiegrond kan worden toegevoegd aan de Awbg.

Onderwijsminister Robert Dijkgraaf liet weten zich in dit plan te willen verdiepen en woordvoerders van de CDA en D’66 uitten zich gematigd positief. Voordat opleidingsniveau als discriminatiegrond zal worden opgenomen in de Awbg is echter nog een lange weg te gaan, lijkt mij. Ook kan niet worden uitgesloten, dat daarop wordt geanticipeerd door mbo-studenten als nieuwe doelmarkt te bestemmen.

 

Hogeropgeleiden als doelmarkt

Bij het ontwikkelen van een verzekeringsproduct is het bepalen van een doelmarkt essentieel. Dit blijkt uit de – rechtstreeks werkende – Verordening (EU) 2017/2358 inzake producttoezicht en -governance voor verzekeringsondernemingen en verzekeringsdistributeurs. Deze POG-verordening, die Kaag in haar antwoorden niet noemt, bepaalt dat ontwikkelaars van verzekeringsproducten een productgoedkeuringsproces moeten volgen. Dit houdt onder meer in dat voor elk verzekeringsproduct de doelmarkt moet worden bepaald. Deze kan bijvoorbeeld bestaan uit huiseigenaren maar ook uit hogeropgeleiden.

Doorgaans moet een verzekeraar als ontwikkelaar worden beschouwd. Overigens kan een verzekeraar bij het ontwikkelen van een product tegemoetkomen aan specifieke wensen van een distributeur, met name wanneer het gaat om een exclusief product voor die distributeur, een product voor een specifieke doelmarkt of een combinatie daarvan.

Volgens de POG-verordening kunnen ook verzekeringstussenpersonen in de zin van Richtlijn Verzekeringsdistributie, waaronder mede begrepen gevolmachtigd agenten, als ontwikkelaar van een verzekeringsproduct worden aangemerkt. (Waarom gevolmachtigd agenten een verzekeringstussenpersoon zijn als bedoeld in Richtlijn Verzekeringsdistributie, leg ik uit in hoofdstuk 3 ‘De spelers en het toezicht’, par. 3.3.2, van de zesde druk van Hendrikse, Van Huizen & Rinkes (red.), Verzekeringsrecht, Serie Recht en Praktijk Verzekeringsrecht, VR2, Deventer: Wolters Kluwer 2023).

Verzekeringstussenpersonen kunnen enkel als ontwikkelaar worden aangemerkt als uit een algemene analyse van hun activiteiten blijkt dat zij een rol spelen bij zowel het ontwerp als de ontwikkeling van een verzekeringsproduct. Daarvan is ingevolge artikel 3 lid 2 van de POG-verordening sprake wanneer zij autonoom de wezenlijke kenmerken en belangrijkste onderdelen van een verzekeringsproduct – waaronder dekking, prijs, kosten, risico, doelmarkt of rechten – vaststellen, die niet ingrijpend worden veranderd door de risicodragende verzekeraar. Meestentijds zal een gevolmachtigd agent geen ontwikkelaar zijn maar een distributeur en zal hij zijn distributieactiviteiten voor een verzekeringsproduct moeten beperken tot de daarvoor door de ontwikkelaar bepaalde doelgroep.

Het antwoord op de vraag wie de ontwikkelaar is van de door Promovendum gevoerde schadeverzekeringen voor hogeropgeleiden is voor de klant niet zo relevant. Of de betreffende volmachtgever of de gevolmachtigd agent als ontwikkelaar moet worden aangemerkt maakt echter wel degelijk verschil voor de AFM. De voor een ontwikkelaar geldende POG-verplichtingen zijn immers aanzienlijk zwaarder dan de verplichtingen waar distributeurs zich aan moeten houden.

 

Mijn advies

De uitgebreide antwoorden op de door Nijboer gestelde vragen zijn in meerdere opzichten het lezen waard. Doe er uw voordeel mee!

Keywords

Discriminatie
Doelmarkt
Financieel recht
Gevolmachtigd agent
Hogeropgeleiden
POG-verordening

Auteur(s)

Cees de Jong

Hoofdredacteur van Verzekeringsrecht, Aansprakelijkheid, Schade en Toezicht (VAST), verbonden aan het Amsterdam Centre for Insurance Studies (ACIS) en het Expertisenetwerk voor Financieel Recht (EFR)

LinkedIn